Dinsdagboek / Leo Platvoet

[ Start ] [ Contact ] [ Sitemap ] [Zoeken]

 

Odyssee Reisgidsen

Monarchie & Republiek 

Herman Gorter

GroenLinks

Een Ander Nederland

Gepubliceerde artikelen

Dualisme

Zuidelijke Kaukasus

Dinsdagboek

Eerste Kamer

Raad van Europa

Emancipatiemachine

Stappen door de Nieuwe Stad

PSP

Reisverslagen

BMC

 

 

Dinsdagboek: oktober 2002

Dinsdag 8 oktober 2002

De dood van Prins Claus heeft uiteraard de agenda van de kamer door de war gegooid. In tegenstelling tot wat de kranten meldden was er wel een vergadering zij het een heel korte: enkele formele besluiten m.b.t de Europese regelgeving, die geen uitstel duldden.

Met het overlijden van Claus heeft de linkervleugel van de monarchie opgehouden te bestaan. Het is vreemd hoe verkrampt er wordt omgegaan met de maatschappelijke oriëntatie van de prins. De fractievoorzitters uit de Tweede Kamer van CDA en VVD omzeilden vragen over de kritische gezindheid van de prins. Maar ook Rosenmöller en De Graaf wuifden sereen vragen over de 'linkse' prins weg en benadrukten zijn belang voor de monarchie. Al die woordvoerders, met hun hals in de stropdas, ontkenden zo de specifieke rol die Claus heeft gespeeld. Wat is dat toch voor angst, dat zonder slag of stoot buigen voor politieke correctheid, de eeuwige vlucht naar het veilige politieke midden die politici met meel in hun mond doet praten?

Claus heeft pittige uitspraken gedaan. Over de monarchie in het algemeen: leden van het koninklijk huis zouden een proeftijd van een half jaar moeten hebben, dan zouden ze voor de eer bedanken. Over de Nederlandse situatie: een republiek met een erfelijk vorst. Over de rol van het westen in de derde wereld. Uit alles komt naar voren dat Claus niet alleen kritisch en onafhankelijk dacht, maar daarbij ook criteria hanteerde als rechtvaardigheid, zelfbeschikking en geweldloosheid.

Ik heb er dan ook geen moeite mee om als republikein morgen de Verenigde Vergadering te bezoeken waarin de republikeinse Prins wordt herdacht.

Het bezoek van de delegatie van de Tsjechische senaat ging wel gewoon door. Samen met vier andere Eerste Kamerleden vormde ik ‘onze’ vertegenwoordiging. De ontmoeting bestond uit een werklunch in sociëteit De Witte. We hebben vooral, via een tolk, gesproken over de toetreding van Tsjechië tot de Europese Unie. De Tsjechen kijken bezorgd naar de terugtrekkende beweging die in sommige EU-landen wordt gemaakt. Hen werd duidelijk dat er ook in Nederland verschillend wordt gedacht. Ik benadrukte het politieke belang dat GroenLinks hecht aan uitbreiding, de gelijkwaardigheid van de nieuwe landen als het om invloed gaat en een consequente houding t.a.v. de landbouwpolitiek. Komisch was het moment toen de Tsjechen vertelden veel waarde te hechten aan een referendum over toetreding. Ik kon niet nalaten te melden dat de andere partijen een referendum over Europese kwesties niet zin zitten en dat de nieuwe regering de referendumwet, die net in werking is en nog onbenut is, al weer wil intrekken. Het was, zoals vaak bij dit soort gelegenheden, een prettig, vriendelijk gesprek dat pas echt begint te ontdooien als het toetje verorberd is en het tijd wordt de jassen aan te trekken.