Leo Platvoet

[ Start ] [ Contact ] [ Sitemap ] [Zoeken]

 

Odyssee Reisgidsen

Monarchie & Republiek 

Herman Gorter

GroenLinks

Een Ander Nederland

Gepubliceerde artikelen

Dualisme

Zuidelijke Kaukasus

Dinsdagboek

Eerste Kamer

Raad van Europa

Emancipatiemachine

Stappen door de Nieuwe Stad

PSP

Reisverslagen

BMC

 

 

Linkse colleges voorbode voor links kabinet?

De uitslagen van de gemeenteraadsverkiezingen leveren in veel grote steden een eensluidend beeld op: een linkse meerderheid. In welgeteld dertien van de steden met meer dan 100.000 inwoners is dat het geval. Maar ook in vele kleinere steden en dorpen, van Bellingwedde tot Heerlen en van Aa en Hunze tot Schiedam zijn er linkse meerderheden.

De schrik voor deze duidelijke uitslag zit er goed in. In vele commentaren wordt links –en dan met name de PvdA- er voor gewaarschuwd geen misbruik van de situatie te maken en vooral te streven naar brede colleges. Is deze bangmakerij terecht?

De Nijmeegse PvdA-wethouder Paul Depla heeft groot gelijk als hij stelt dat stroomopwaarts langs de grote rivieren, in Duitsland, België en Frankrijk, het als volstrekt normaal wordt beschouwd dat als links een meerderheid heeft, deze meerderheid ook tot uitdrukking komt in de ‘regeringen’ van deze steden. Het is een kwestie van democratisch denken en kiezers serieus nemen. Zoals het andersom ook normaal is dat rechts haar meerderheid gebruikt. In talloze gemeenten doen CDA en VVD dat en ook in Den Haag zetelt een rechtse coalitie, weliswaar met noodzakelijke steun van het zichzelf ontmaskerende D66.

De polarisatie waar CDA en VVD landelijk zelf op aankoersen, kan vanuit de steden worden beantwoord. PvdA, GroenLinks en SP moeten in de steden waar ze over een meerderheid beschikken de wil van de kiezers vertalen in een progressief wethoudersbestuur. Zo kunnen deze partijen in de grote steden laten zien dat een linkse stadsregering gewoon goed werk verricht. Dat ze een sociaal beleid voert dat de Haagse misères compenseert, wijkgericht werkt, de betaalbaarheid van huurwoningen niet door Dekker laat ondergraven en migranten integreert door hun emancipatie te bevorderen. Van groot belang daarbij is dat de linkse partijen zich realiseren dat macht kwetsbaar is. Dat het nodig is een open bestuursstijl te hanteren, met ruimte voor verschillende opvattingen. En dat  verbreding niet uitgesloten moet worden, bijvoorbeeld naar de ChristenUnie, progressieve stadspartijen en D66-fracties die de landelijke koers van hun partij beu zijn. PvdA, GroenLinks en SP kunnen zo laten zien dat een progressief bestuur beduidend beter werkt dan een rechts beleid dat te veel mensen dupeert, waar de angst regeert en verbale krachtpatserij het gesproken woord dicteert. Zo’n progressieve, stedelijke agenda stoot geen kiezers af, maar schept vertrouwen en kan juist wervend werken, zoals de verkiezingsuitslag in Nijmegen laat zien, waar de linkse meerderheid groeide van 23 naar 24 zetels. De groei van links is een duidelijk antwoord van de kiezer op het conservatieve, harde regeringsbeleid van  CDA, VVD en D66. Een beleid dat deze de regeringspartijen partijen vastberaden van plan zijn de komende veertien maanden voort te zetten.

Ruim een jaar geleden namen acht parlementariërs van PvdA, SP en GroenLinks het initiatief tot ‘Een Ander Nederland’. Hun beweegreden was om het alternatief van een progressief Nederland op de agenda te plaatsen. Om de vreemde, afwijzende geur die er –in Nederland- om linkse samenwerking hangt, te verdrijven. Om duidelijk te maken dat de keuze van CDA, VVD en D66 voor elkaar, vraagt om een links tegengeluid. En vooral omdat zij er van overtuigd zijn dat een goede chemie tussen PvdA, SP en GroenLinks kan leiden tot een ander Nederland met een ander politiek klimaat, waarin niet de behoudzucht regeert, maar de nieuwsgierigheid.  Niet alleen de keuzevrijheid, maar ook de solidariteit.  Waar burgers niet om hun afkomst worden buitengesloten, maar volop mogelijkheden krijgen om  mee te doen. Een land waarin niet voortdurend deuren gesloten, maar geopend worden. Een land dat zijn bewoners hoop geeft in plaats van zorgen baart. Een land waarin iedereen ook echt telt.  

Het afgelopen jaar is dat linkse alternatief nadrukkelijker dan ooit aan de orde geweest. De  wekelijkse peilingen laten bijna voortdurend een linkse meerderheid zien. Maar ook als wenselijke coalitie scoort het de hoogste aanhang. Langzaam maar zeker lijkt het een normale optie te worden. In de steden en dorpen waar links nu een meerderheid heeft, kan zij een belangrijke stimulans aan dat andere Nederland geven door, wars van triomfalisme en arrogantie, een sociale en duurzame politiek te voeren. Zo kan een goede voedingsbodem worden geschapen voor een progressieve meerderheid bij de Kamerverkiezingen van volgende jaar.