|
|
Jorien van den Herik moet plaatsmaken TEKST: MARCO TIMMER Gepubliceerd in Voetbal International, 25 oktober 2006 Ze werken aan de basis en vormen de oneindige bron van het Nederlandse voetbal: de eigenwijze trainer, het ervaren bestuurslid of de ambitieuze opleider. Allen vaak diep geworteld in het clubwezen, allen met een visie op het spel. VI geeft ze een platform om die te verkondigen. Deze keer Leo Platvoet (55), Eerste Kamerlid voor GroenLinks én Feyenoord-supporter.
Alleen al de afbeelding van de allereerste Feyenoord-seizoenkaart van Leo Platvoet wekt jaloezie. De groen-witte donatie- kaart, zoals het document destijds nog heette, vinden we op de website van het kamerlid. Platvoet zat het gehele legendarische seizoen 1969/70 voor zestig gulden (27 euro) in Vak R. 'Tegenwoordig moetje voor Europa Cup-duels een apart toegangsbewijs kopen, maar in die tijd kon je met een jaarkaart ook de internationale wedstrijden in De Kuip zien', vertelt hij. 'Dat seizoen won Feyenoord als eerste Nederlandse club de Europa Cup, daarom ben ik zo trots op die kaart.' Het curriculum vitae van de Bussummer is indrukwekkend. Platvoet is een politiek dier. Hij studeerde sociale wetenschappen en is een telg van de PSP, de Pacifistisch Socialistische Partij, waarin hij van 1972 tot 1991 tal van functies bekleedde. Toen de PSP in 1991 opging in GroenLinks, ging Platvoet mee. Sinds 1999 zetelt hij in de Eerste Kamer, de laatste drie jaar als vice-fractievoorzitter. Verder zit hij nog in de Raad van Europa en is hij plaatsvervangend parlementair lid voor de West-Europese Unie. De vijftiger schreef bovendien een twintigtal reisgidsen én een acht-delige reeks over architectuur in Amsterdam, Stappen door de Nieuwe Stad, terwijl hij als gemeenteraadslid in de hoofdstad ook nog eens nauw betrokken was bij de bouw van De Arena. Platvoet heeft het niet van een vreemde, zijn vader was ambtenaar van de burgerlijke stand en gemeenteraadslid voor de Katholieke Volks Partij (KVP, een van de voorlopers van het CDA) in Bussum. Bovendien behoort hij tot een grote voetbalfamüie uit 't Gooi. 'Mijn vader, ooms en neven speelden allemaal in Naarden of in Bussum', zegt het Eerste Kamer-lid. 'Vanaf mijn zevende jaar voetbalde ik bij Samenspel Doet Overwinnen (SDO), destijds een katholieke zondagderdeklasser in Bussum. Youri Mulder is er begonnen en mijn vader was de keeper van de laatste kampioensploeg, in 1939. Ik was goed voor het tweede elftal, als rechtshalf. Ik was niet snel, maar kon wel een bal vasthouden. Toen ik steeds actiever werd in de politiek, ben ik bij de zaterdagclub Bussum gaan spelen. En tot vier jaar geleden voetbalde ik in de zaal, maar het veld geniet toch mijn voorkeur. Zeker als het een beetje nat is.' Platvoet is van een generatie die nog op straat speelde, zijn hele schooltijd voetbalde hij elke dag. Volgens hem is het spel, mits goed gespeeld, van een prachtige schoonheid. Het is voor de Bussummer wel belangrijk dat echte liefhebbers zich identificeren met een club. 'Dat geeft de extra push die nodig is voor een optimale beleving. Ik ben een enorme Feyenoord-fan, die 0-4 tegen Ajax komt dus wel even aan. Dit is een schep boven op het Ajax-complex dat er toch een beetje is. Mijn vrienden die vóór Ajax zijn moeten wel lachen als ik zeg: Voetbal interesseert me niet, maar Feyenoord wel. Dat is ironie, maar ik ben een echte clubman. Ik moet een jaar of elf zijn geweest toen ik voetbalbewust werd en alles ging volgen. Feyenoord was in de jaren zestig de eerste club die ver kwam in Europa. Dat maakte zó veel indruk op mij dat ik een echte supporter werd. En ik ben als mens loyaal aan mijn keuzes, dus...' Toch zag hij ook Ajax regelmatig aan het werk, omdat zijn vrienden vaak naar Amsterdam gingen. 'We gingen met de bromfiets. Drie kwartier rijden, een jongenskaartje kostte vijftig cent. Elke wedstrijd hoopte ik dat ze zouden verliezen. Ik heb het één keer gezien, in het seizoen 1966/67 werd het 0-1 tegen GVAV uit Groningen met de legendarische doelman Tonny van Leeuwen.' Pas toen een van zijn schoolvrienden een auto kreeg, ging Leo Platvoet naar zowel uit- als thuisduels van Feyenoord. Afhankelijk van zijn werkzaamheden in de politiek schafte hij een seizoenkaart aan. 'Best grappig, iemand uit Bussum die in Amsterdam woont, in Den Haag werkt en in Rotterdam voetbal kijkt. Maar ik ben niet de enige Feyenoord-supporter in Amsterdam, hoor. Ik ga altijd met de trein, ter hoogte van Leiden herken je de andere fans als ze hun trui uit durven doen en het Feyenoord-shirt tevoorschijn komt.' Platvoet had al verwacht dat dit seizoen moeilijk zou worden, maar denkt toch dat het huidige team wordt onderschat. 'Natuurlijk had ik graag gezien dat Dirk Kuijt was gebleven. Dat Salomon Kalou wegging vond ik niet zo erg, omdat hij veel minder rendement opleverde. Een fantastische voetballer, maar hij was er met zijn hoofd al niet meer bij. Al had hij dat paspoort natuurlijk gewoon moeten krijgen. In het huidige elftal zit meer voetbal dan iedereen nu denkt, ik verwacht dat het na de winterstop beter gaat draaien. Feyenoord hoort niet op de negende plaats. Ik heb nog alle vertrouwen in Erwin Koeman, hij krijgt het team wel aan de praat.' In voorzitter Jorien van den Herik heeft Platvoet géén fiducie meer. 'Voetbalsupporters zijn opportunistisch, ik dus ook. In de politiek mag ik het niet zijn, nu wel. Ik heb veel waardering voor Van den Herik, hij heeft de club uit het slop gehaald. En ook al heeft hij geen grote stem in de technische beslissingen, uiteindelijk trekt hij toch aan de touwtjes. Ik vind dat zo'n grote club transparanter moet worden bestuurd, alle macht bij één man is nooit gezond. Of je nou Van den Herik of Steven Rottier heet. Van den Herik zegt dat hij al meer afstand heeft genomen, maar dat neemt hij weer te letterlijk door op zijn jacht te zeilen als Feyenoord speelt. Dat vind ik dus ook weer niet kunnen, hij is het gezicht van het bestuur, hij hoort er te zijn. Maar het is tijd voor een frisse wind. Je ziet het ook in de politiek; al zijn mensen nog zo goed en hebben ze de wind mee, als ze te lang blijven zitten, keert het tij zich tegen hen. De ware, slimme leider weet dat en zorgt dat hij op tijd weg is. Maar Van den Herik wil het honderdjarig bestaan nog meemaken, hij is een ijdele man, dat maakt het extra moeilijk om afscheid te nemen. Toch zou Van den Herik plaats moeten maken.' Volgens Platvoet wordt er in de wandelgangen op het Binnenhof vaak over voetbal gesproken. Zo zijn bijvoorbeeld ook de linkse fractieleiders Jan Marijnissen (SP) en Wouter Bos (PvdA) echte liefhebbers én Feyenoord-fans. En ook in politiek Den Haag staat de tv gewoon aan als het Nederlands elftal een EK of WK speelt. 'En als Oranje ver komt, zitten de politici ineens allemaal op de tribune', bevestigt Platvoet. 'Dat vind ik hypocriet, want dan gaat het om politiek gewin. Ik heb Wim Kok wel eens horen zeggen dat hij Feyenoord-supporter is, maar op een handelsmissie gaf hij de mensen waar hij te gast was iets van Ajax. Dat vind ik dus niet kunnen. In die zin wordt voetbal wel misbruikt, maar supporters kijken daar doorheen. Als een politicus denkt electoraal garen te kunnen spinnen door zich bij wedstrijden te laten zien, dan trapt geen fan daarin.' 'Er zit meer voetbal in dit elftal dan iedereen denkt' Toch vormen voetbal en politiek geen gelukkige combinatie. Om het voetbal en het randgebeuren veiliger te maken, pleiten deskundigen al jaren voor een meldingsplicht voor relschoppers tijdens wedstrijden. Onlangs kwam de KNVB zelf met een voetbalwet, zodat als er weer iets gebeurt, de beschuldigende vinger niet meer richting de bond gaat. Platvoet: 'Ik vind ook dat die meldingsplicht er moet komen. Ik denk dat het te maken heeft met de capaciteit van de politie, het kost toch mankracht om die supporters op te vangen. Toch heb ik nooit begrepen waarom het niet is ingevoerd. Wacht, daar komt de nieuwe minister van Justitie net aan, laten we het hem vragen.' Ernst Kirsch Ballin stopt, hoort de vraag aan en zegt: 'Het heeft inderdaad te maken met de capaciteit, de kosten en wat je daarna met die supporters doet. Er moet goed over worden nagedacht hoe je het in de praktijk toepast. Engeland lijkt dan een goed voorbeeld, maar daar is de politiedichtheid hoger dan in Nederland. Bovendien valt de capaciteit onder de verantwoordelijkheid van minister Remkes van Binnenlandse Zaken. Wat ze kunnen en mogen doen, hoort bij mij.' Tot slot het probleem van de politiekosten rond duels, die rijzen inmiddels de pan uit. Veel mensen vinden dat de clubs daarvoor moeten opdraaien. 'Als dat zo is, dan moet de koningin ook alle beveiligingskosten op Koninginnedag en Prinsjesdag voor haar rekening nemen', meent Platvoet. 'Ik ben een republikein, zoals je hoort. Maar als je de kosten doorberekent aan de clubs, dan moet je dat consequent aan iedereen doen bij een groot evenement en is het einde zoek.'
|